Druiven (Wijn)
Beschrijving
Stikstof is noodzakelijk voor de groei van de wijnstok, maar enkel in beperkte hoeveelheden. Een overmaat aan stikstof leidt tot verminderde druifkwaliteit, maar zorgt ook voor de productie van eiwitten die de fenolen beïnvloeden, welke noodzakelijk zijn voor de smaak van de wijn. Een stikstofvoorziening van 30 - 50 kg/ha/jaar, afhankelijk van de variëteit en de methode die gebruikt wordt, volstaat om de behoeften te dekken.
Fosfor speelt een rol in de vegetatieve ontwikkeling van de wijnstok. Een jaarlijkse onderhoudsgift van 15-20 eenheden/ha is gewenst.
Kalium beïnvloedt het metabolisme van de plant, maar ook de aciditeit of zuurtegraad. De behoefte aan kalium piekt op het moment dat de bladeren uitlopen en tijdens de afrijpingsfase. Bij een te lage kaliumtoevoer zal de suikerinhoud verminderen, de zuurtegraad blijft hoog en de ontwikkeling van fenolen wordt beperkt. Het is aangeraden om gemiddeld 60-80 kg/ha/jaar te geven (afhankelijk van de variëteit en productiemethode)
Ook is het belangrijk om de balans tussen K en Mg in het oog te houden. Zo kan je de competitie tussen deze 2 elementen vermijden, waardoor je geen overmaat of tekort van een van de elementen krijgt.
Sporenelementen spelen een belangrijke fysiologische rol in het metabolisme (fotosynthese, respiratie en energietransport). IJzergebrek treedt vaak op in kalkrijke gronden, waar ijzer vastgelegd wordt en dus niet beschikbaar is voor de planten. Boor is dan weer belangrijk voor een goede bevruchting.